BTW-aftrek ondanks onvolledige factuur

11/05/20

BTW-AFTREK ONDANKS ONVOLLEDIGE FACTUUR

 

14/10/2016 - Dat de factuur niet perfect volgens het boekje is opgesteld, is op zich geen reden om de BTW-aftrek te weigeren. De belastingplichtige kan de ontbrekende gegevens desnoods ook op andere manieren bijbrengen. Hoofdzaak is dat de materiële voorwaarden voor het recht op aftrek vervuld zijn. Het toestaan van de aftrek mag dus niet afhangen van pure formaliteiten. Dat blijkt uit nieuwe rechtspraak van het Europese Hof van Justitie.

De BTW is altijd een vrij formalistische belasting geweest. Er wordt veel belang gehecht aan het naar de letter van de wet naleven van alle voorwaarden en het vervullen van alle formaliteiten. Een cruciale formaliteit is het bezit van een conforme factuur, d.w.z. een factuur die nauwgezet alle vermeldingen bevat die de wet voorschrijft. Bij de minste onnauwkeurigheid of vergetelheid loopt men het risico dat de fiscus alleen om die reden de aftrek van de BTW verwerpt. Zo leek het toch.

Formele voorwaarden mogen niet primeren op materiële

Maar daar komt stilaan verandering in, zeker als het van het Europese Hof van Justitie afhangt.

De factuur is geen doel op zich, maar slechts een middel om na te gaan af de voorwaarden voor aftrek van BTW vervuld zijn. Dat laatste kan de belastingplichtige desnoods ook op andere manieren bewijzen, vindt het Hof van Justitie. Aftrek moet toegestaan worden zodra de materiële voorwaarden daartoe vervuld zijn. Puur formele voorwaarden zijn slechts bijkomstig. Hoofdzaak is dat uit de feiten afdoende blijkt dat de goederen of diensten gebruikt worden voor aan de BTW onderworpen handelingen en dat ze geleverd of gepresteerd zijn door een andere BTW-plichtige (en dat er niet een of andere aftrekbeperking aan de orde is).

Fiscus hield vast aan verplichte factuurvermeldingen

De zaak waarin het Hof tot die conclusie kwam, betrof een Portugese onderneming die een advocaat ingeschakeld had. Van die advocaat ontving ze een factuur waarop de advocatendiensten omschreven waren als “juridische diensten tot op heden”. Volgens de Portugese fiscus was dat op twee punten fout. “Juridische diensten” is te vaag. Daaruit kan de fiscus niet afleiden welke diensten er juist geleverd zijn. En “tot op heden” geeft dan wel een einddatum aan, maar een begindatum wordt niet genoemd. Het Hof van Justitie oordeelt dat die factuurvermeldingen inderdaad ontoereikend zijn. Het gaat dus om een niet-conforme factuur.

Maar, zoals gezegd, vindt het Hof dat men zich niet mag blindstaren op puur formele voorwaarden voor het recht op aftrek. Als de belastingplichtige zijn recht op BTW-aftrek ook op andere manieren kan bewijzen, dan moet de fiscus dat aanvaarden. “Het basisbeginsel van neutraliteit van de btw verlangt dat aftrek van voorbelasting wordt toegestaan indien de materiële voorwaarden daartoe zijn vervuld, ook wanneer een belastingplichtige niet voldoet aan bepaalde formele voorwaarden”. De aftrek moet toegestaan worden zodra “de belastingdienst over de nodige gegevens beschikt om vast te stellen dat is voldaan aan de materiële voorwaarden”. En “alle informatie” komt daarvoor in aanmerking volgens het Hof. Kortom, de fiscus mag het recht op btw-aftrek niet weigeren enkel en alleen omdat een factuur niet voldoet aan de wettelijke voorschriften.

Let wel: het arrest is geen vrijbrief. Een niet-conforme factuur mag dan op zich nog niet de aftrek in gevaar brengen, de fiscus kan wel nog altijd een boete opleggen.

Correctie factuur heeft terugwerkende kracht

Zijdelings komt dezelfde discussie ook ter sprake in een tweede arrest van dezelfde datum. In die zaak was het de Duitse fiscus die moeilijk deed over facturen waarop o.m. het BTW-nummer van de leverancier ontbrak. De betrokken onderneming corrigeerde de facturen tijdens de fiscale controle. De fiscus aanvaardde wel dat een factuur achteraf nog gecorrigeerd kan worden. Maar die correctie heeft dan geen terugwerkende kracht, vindt hij. Volgens de fiscus veranderde de correctie niets aan het feit dat op het moment van de levering niet voldaan was aan de formele voorwaarden voor aftrek. Dus werd de aftrek geweigerd.

Het Hof van Justitie is het daar echter niet mee eens. De correctie van een factuur heeft wel terugwerkende kracht. Omdat de materiële voorwaarden voor aftrek vervuld waren op het moment van de levering, mag het ontbreken van bepaalde verplichte factuurvermeldingen niet in de weg staan aan de aftrek, concludeert het Hof.

Bron: Hof van Justitie, twee arresten van 15 september 2016, zaken C-516/14, Barlis 06 en C-518/14, Sanetex